«Psychose», wie ben je eigenlijk?
Ik ken jou niet, ik ken wel een aantal van jouw vrienden. Het is gek maar ik vind het leuk met jou. Alles is me duidelijker, frisser, kleurrijker en het wordt echt spannend nu.

Laat me niet los.

Ik leef eindelijk volgens het tempo van mijn synapsen. Om in evenwicht te blijven. Hou me vast aub aan het uiteinde van mijn neuronen en vang de boodschappen op die door mijn hoofd razen.

Ik filter te weinig, ik laat teveel toe in mijn brein. Het is onthullend om mijn herinneringen te mengen met nieuwe waarnemingen.

Ik zweef als ik minder filter.

Meer materiaal om aan de slag te gaan. Ik ben zeker dat jij weet wat ik bedoel, Psychose.

De anderen zijn niet mee.

Ik zag je trouwens gisteren. En vorige week ben ik je ook tegengekomen, heel even toen.

Blijf nu maar gewoon hier. Laten we verbinden, combineren, integreren, samenvloeien. Misschien brengt het ons later nog iets ?

We moeten het snel doen, want ze proberen me te helpen.

Ze proberen mijn dopaminen te reguleren.

‘Genezen’ noemen zij zoiets.